Niervaart (Klundert, nu Moerdijk)

20 april 2006 

3.4 Niervaart

1290. sinen mannen die wonen in sinen lande ter Nyervaert[129003221.].

1290. up die Nieuwevaerd[129009011.].

1293. die ghoede liede wonachtich in den ambochte van der Nieuweruaert[129310271.].

1293. minen liede wonachtich int ambocht vander Nuwervaerd[129310281.].

1297. scouthete van der Ouerdrech ende vander Niewer Vaert[129706301.].

1297. scepenen vander Ouerdrecht ende vander Niewer Vaert[129706301.].

1361. up Steyngronde in de parochije van der Nuwenvaert[Hoek, 1969, 11.].

1533. la parfondeur apellée le Nyeuwe-vaert, ce que est le chemin pour aller par eaue du Neuf-Bois à Dordrecht[Juten, 1926, 99.].

1536. Scheydinge tusschen de heerlicheden van Zevenbergen ende de Nyervaert[GA BoZ, ARR 3690.].

1537. Casteleyn van den Nyewervaert[GA Breda, coll.Havermans, 11; coll. Klijn 67.].

1565. Hier scheyt de heerlicheyt van nieuvervaert ende stryen; Hier scheyt de Heerlickheyt van Nieuwervaert ende Tstantterbuyten; Hier scheyt de Heerlicheyt van Nie?ervaert en Sevenbergen; Nieuwer Vaert alias den Clundert; Tdorp van nieuwervaert[ASB, Gastelse kaart.].

1845b. (naamloos).

1856a. (naamloos).

1856b. (naamloos).

1908/9. (naamloos).

1988/9. (naamloos).

Dorp en parochie, ambacht, later bekend bedevaartsoord en verrijkt met een kasteel. De grond en de inwoners behoorden deels aan Strijen, deels aan Ter Doest en het goed Heiligenberg. Het ambacht van beide ressorteerde tot ca 1300 onder de heren van Strijen en daarna onder die van Putten. In 1362 werd de heer van Breda heer van Niervaart. Het dorp verdronk in 1421: in 1422 ging men er stenen ruimen, in 1436 werd het kasteel hersteld en in 1449 werd het Heilig sacrament naar Breda overgebracht. De functie van kastelein blijft bestaan als een soort waterschout. De juiste lokatie is onbekend, al wijzen de meeste voorstellen naar een plaats even ten oosten van Klundert, in de buurt van de Ketel. Geen gehuchtse akker, straat, beemd of hei.

Bij Vreeswijk lag in de 13-14e eeuw eveneens een oord en kanaal genaamd Nieuwervaart. Voorts ligt er een Nieuwe Vaart ten zuiden van Capelle in de Langstraat.

Vermoedelijk is er een nieuw scheepvaart kanaal gegraven, waar de oude Mark kennelijk te moeilijk bevaarbaar was. Uit een oorkonde uit 1244 is op te maken dat het water de Grote Vorre afgedamd mocht worden, mits men tussen de Kleine Vorre en de Gravinnesloot een nieuwe vaart zou graven[124404261.]. Aan die vaart, waarvan zowel de onderdanen van Strijen als van Ter Doest gebruik mochten maken, is dan deze nederzetting ontstaan. De naam is vervolgens verkort tot Niervaart.

Niervaart = rel.ouderdom(nieuw) + vaart.

"Men bevindt datter inden jare 1346 gheweest is een oude schoone heerlijcheytende dorp genaemt Nieuwer-Vaert, hebbende een slot ende schoone kercke met dubbelde strate, en so welvarende datter wel ware seven wijnherbergen. De voorz heerlijcheyt was van ouden tijden een Ut ofte ghedeelte des landts van Strien ". "Inde heerlijckheyt ofte dorpe van de voorsz Nieuwer-Vaert hebben de graven van Hollandt van ouden tijden geheven ende ontfanghen hare tollen, ghelijckals tot Geervliet, Strienmonde ende elders ", "De oorsake ofte redenen waerom de Nieuwer-Vaert soo welvarende was, als voren gheseyt is, is geweest dat nieuwaerts geene groote schepen voorbij mochten dan door de Nieuwer-Vaert", "De voorsz heerlijckheydt van Nieuwer-Vaert is door inbraecen vanden Souten-Waerdt, die ghevallen is inden jare 1421, begost te vergaen, want daer naer ghecesseert heeft de neeringhe van 't soutsieden tot Seven-Berghen, overmits alle de moerlanden of moerdijcken gheinundeert waren, alsmede dat de schepen niet meer van noode hadden daer door te passeren, ende insonderheyt is die Nieuwer-Vaert te niet ghecomen, mits den grooten brandt die aldaer gheweest is inde jare 1420. Waer uyt ghevolght is dat de tolle die aldaer was, opgenomen ende verleyt is, ghelijck mede de tolle tot Strienmonde ". (G.C.A. Juten, Het H. Sacrament van Nieuwervaert, Taxandria, 1917, pp. 25-37.)

Parochieel: Niervaart was een eigen parochie met onbekend patrocinium, bisdom Luik.[Bijsterveld, 1993, Bijlage 3.]

Staatkundig ca 1500: graafschap Holland, land van Strijen.

Cultuur-Historische Waarden Noord-Brabant 2005

AMK Archeologische monumentenkaart

Niet opgenomen.

IKAW Indicatie archeologische waarden

In niet gekarteerd gebied

HISTSTED Historische stedebouwkundige structuren

Niet opgenomen.

Literatuur

Dekker, C., J. Kruisheer. Een rekening van Ter Doest over het jaar 1315. Handelingen Kon. Commissie voor geschiedenis 133 (1967) 273 - 305.

Delahaye, A.. Heilige Berg, Overdrage, Niervaart en Klundert. In: De Heren XVII van Nassau Brabant. Zundert, 1979, 109 - 140.

Goverde, W.. Landaanwinsten in de Noord-West-Hoek van Noord-Brabant na de St.-Elisabethsvloed. de Overdraght 17 (1991) nr. 3, 14 - 21; 18 (1992) nr.1, 13 - 27.

Henken, P.. Het sacramentsretabel van Niervaart. Engelbrecht van Nassau 22 (2004) 107 - 109.

Herben, M.H.A.J., L. van der Mierden. De rentmeestersrekeningen van Niervaart uit de eerste helft van de vijftiende eeuw. Brabants Heem 45 (1993) 150 - 157.

Herben, M.H.A.J., L. van der Mierden. Het dorp en de heerlijkheid Niervaart in de late middeleeuwen. Jaarboek De Oranjeboom 48 (1995) 33 - 49.

Herben, M.H.A.J.. De Overdrage alias De Moerdijk. De Overdraght 21 (1995) nr. 4, 11 - 22.

Herben, M.H.A.J., L. van der Mierden. De oude heerlijkheid Niervaart met haar dorp, moerdijken, wateren en gronden (deel 2). De Overdraght 24 (1998) nr. 4, 21 - 33.

Herben, M.H.A.J., L. van Mierden. Geschillen tussen de graaf van Nassau en de markies van Bergen op Zoom over de grens tussen Klundert en Fijnaart. Jaarboek De Oranjeboom 51 (1998) 124 - 131.

Herben, M.H.A.J.. Het nieuwe Niervaart (1450 - 1558). Engelbrecht van Nassau 22 (2004) 127 - 129.

Koornneef, H.. De bodemgesteldheid van Niervaart, Zwaluwen en omstreken. Den Haag, 1945.

Mierden, L. van der. Die Hoeghe Clunder of hoe een oude kaart tot stand kwam. Jaarboek Ghulden Roos 42 (1982) 29 - 37.

Mierden, L. van der. De rentmeestersrekening van Niervaert uit 1563. Jaarboek Ghulden Roos 46 (1986) 132 - 155.

Scherft, P.. Het H. Sacramant van mirakel van de Niervaart en de bouw van de Bredase Toren. Jaarboek De Oranjeboom 9 (1956) 59 - 64.

Woude, G. van de. Ter Duinen, kustwacht onder de graven. Antwerpen, 1941.