C.-J. de Rooi
Waar de venen groeiden: de Achterhoek
Historisch geografisch tijdschrift 26 (2008) 117 - 129.
Al lange tijd wordt vermoed dat delen van de Achterhoek in het verleden met veen bedekt waren. Over de exacte situering en omvang van het veen is echter weinig bekend. In dit artikel worden enkele aspecten van een recent onderzoek naar de veenbedekking in de Achterhoek samengevat. Het veen werd weggegraven door boeren die er hun huisbrand haalden. Commerciele turfgraverij kwam niet voor. Aangetoond werd dat de bodemeenheid 'fijne zandgronden' van de bodemkaarten uit 1952-54 een goede indikator is voor de ligging van de veengebieden. Hieruit blijkt dat ongeveer 20% van de Achterhoek met veen bedekt is geweest.
Where peat grew: the Achterhoek (province of Gelderland)
For quite some time the assumption has been that in the past the Achterhoek, the eastern part of the province of Gelderland, was partly covered with peat. The extent and location of the peat bogs was largely unknown. This article summarises a recent study of the Achterhoek peat bogs. The peat areas have disappeared mostly because of digging by the local farmers, large-scale commercial extraction did not occur. The peat digging was unsystematic and had negative effects on agricultural use. Therefore peat digging was regulated from the 17th century onwards. Historical data (toponyms, maps) indicating peat areas coincide largely with the map unit 'fijne zandgronden' (fine sands) of the Dutch soil map of 1952-1954, which leads to the conclusion that about 20% of the Achterhoek area was covered with peat.